Overwogen wordt dat de opgelegde disciplinaire maatregel (strafontslag) van de politiemedewerker in deze zaak niet onevenredig is aan het plichtsverzuim. Volgens de rechtbank is het belang van de korpschef bij het ontslag van de medewerker gelegen in het voeren van een betrouwbare en integere organisatie en het voorkomen van veiligheidsrisico’s. De aard, het karakter en de (lange) periode waarbinnen die gedragingen zich hebben voorgedaan laten zien dat de medewerker de voor zijn functie vereiste grondhouding mist.