Loonsanctie wegens ontbreken structureel karakter van thuiswerken

Loonsanctie wegens ontbreken structureel karakter van thuiswerken

In deze zaak draait het om een werkneemster die tijdens haar re-integratie vrijwel volledig vanuit huis was gaan werken. Werkgever wil dat zij op termijn weer een substantieel deel van haar tijd op kantoor komt werken. Werkgever hecht veel waarde aan fysieke aanwezigheid in het team. Bovendien zorgt het thuiswerken voor extra werk bij collega's. Kortom, werkgever is niet bereid om werknemer — ook na 104 weken ziekte — volledig vanuit huis te laten werken. Volgens de CRvB is daarmee vast komen te staan dat géén sprake is van een bevredigend re-integratieresultaat.