Dat er geen toestemming van eiser Y was om het krediet bij ING uit te breiden, kan geen grond zijn voor bestuurdersaansprakelijkheid. De rechtbank stelt onder meer vast dat de keten zonder dit krediet hoogstwaarschijnlijk al medio 2020 zou zijn gefailleerd. De kredietverhoging is later weer afgelost en ook op de coronabelastingschuld van € 2,5 mln wordt afgelost. Eiser Y stelt dat sprake is van selectieve betaling en verhaalsfrustratie, maar onderbouwt dat niet. Dat X weigert zich borg te stellen is ook geen reden voor aansprakelijkheid. Eiser Y voert daarbij aan dat het "naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is de lening van een vriend niet terug te betalen." Het verbaast niet dat deze stelling de rechtbank niet kan overtuigen. Het komt niet over als een al te sterk onderbouwde aansprakelijkstelling.