Hoge Raad over benadeling van klokkenluiders

Hoge Raad over benadeling van klokkenluiders

Indien een klokkenluider na zijn melding of na openbaarmaking van een vermoeden van een misstand wordt benadeeld, moet het rechtsvermoeden worden gehanteerd dat die benadeling het gevolg is van de melding dan wel de openbaarmaking.
De vraag die de Hoge Raad in deze zaak moest beantwoorden, is hoe een werkgever een dergelijk bewijsvermoeden kan ontkrachten. Moet hij daarvoor het vermoeden slechts ontzenuwen, ofwel wordt van de werkgever die de benadelende maatregel heeft genomen verwacht dat hij aantoont dat de benadeling geen gevolg is van de melding of openbaarmaking? De Hoge Raad beslist in laatstgenoemde zin.