Geen aparte maatstaf voor inbezitneming van publieke grond
De Hoge Raad oordeelt dat geen aparte maatstaf geldt voor de inbezitneming van publieke grond. De gebruikelijke regels van inbezitneming van een goed zoals die voortvloeien uit art. 3:108 en art. 3:113 BW zijn voldoende. Voor bezit is vereist dat iemand de feitelijke macht uitoefent. Het antwoord of iemand de voor bezit vereiste feitelijke macht uitoefent wordt beoordeeld naar verkeersopvatting. Hieruit volgt reeds dat indien beoordeeld moet worden of grond met een publieke bestemming in bezit is genomen door een niet-rechthebbende, met die bestemming rekening moet worden gehouden.