Annotatie bij Hof van Justitie 6 februari 2019 (Rosbeek q.q./BNP Paribas Fortis)
Sinds het in 1983 gewezen Peeters/Gatzen-arrest is het vaste rechtspraak van de Hoge Raad dat de curator bevoegd is ten behoeve van de belangen van de gezamenlijke schuldeisers op te komen, door het geldend maken van een vordering tot schadevergoeding. Het Rosbeek q.q./BNP Paribas Fortis-arrest van het Hof van Justitie leidt ertoe dat Nederlandse curatoren een Peeters/Gatzen-vordering in sommige gevallen zullen moeten voorleggen aan een andere EU-rechter dan de Nederlandse—en dat op de vordering mogelijk een ander recht van toepassing is dan het Nederlandse. Daarbij is het nog maar de vraag of onder het toepasselijke recht een met de Peeters/Gatzen-vordering te vergelijken rechtsfiguur bestaat. Het wordt de curator er niet makkelijk(er) op gemaakt.