Geen inzage in identiteit van individuele medewerkers van verwerkingsverantwoordelijke
De Raad van State deed een uitspraak inzake een inzageverzoek van persoonsgegevens met betrekking tot de identiteit van individuele medewerkers van een verwerkingsverantwoordelijke.
Het Verweij-Jonker instituut (VJI) deed voor het ministerie van J&V onderzoek naar binnenlandse afstand en adoptie. Van gesprekken met mensen die in dit kader werden gevoerd, zijn verslagen opgemaakt. De minister voor rechtsbescherming heeft het inzageverzoek van een betrokkene in haar persoonsgegevens slechts gedeeltelijk toegewezen. De rechtbank droeg de minister echter op een nieuw besluit te nemen.
Het hoger beroep van de minister richt zich tegen de uitspraak van de rechtbank voor zover daarin is overwogen dat betrokkene op grond van artikel 15 AVG recht zou hebben op inzage in de identiteit van individuele medewerkers die haar persoonsgegevens hebben verwerkt. Individuele medewerkers zijn evenwel niet aan te merken als ontvangers in de zin van de AVG en betrokkene heeft dus géén recht op inzage in hun identiteit - tenzij dit noodzakelijk zou zijn om de haar bij de AVG verleende rechten uit te oefenen. Dat is naar oordeel van de Afdeling niet het geval.