Hoge Raad bevestigt regel uit appèlprocesrecht — en trekt deze door naar verzetprocedure in kort geding

Hoge Raad bevestigt regel uit appèlprocesrecht — en trekt deze door naar verzetprocedure in kort geding

Als de voorzieningenrechter in een kort geding een vordering met dwangsom toewijst, kan het gebeuren dat die vordering in hoger beroep alsnog wordt afgewezen omdat er inmiddels geen spoedeisend belang meer bestaat. Dan kan het vonnis in eerste aanleg (destijds) nog steeds juist zijn geweest. De appèlrechter moet dan (binnen de grenzen van het hoger beroep) beoordelen of dat zo was. Zo ja, dan moet hij de toewijzing van de vordering met dwangsomveroordeling in stand laten voor de periode tot de uitspraak in appèl. Dit kon al grotendeels worden afgeleid uit eerdere rechtspraak, maar is nu expliciet uitgeschreven door de Hoge Raad.