Een woning bleek aan de woningvoorraad te worden onttrokken, nu deze aan toeristen werd verhuurd zonder dat daarvoor een vergunning was verleend. De boete (à € 20.500) werd in bezwaar met 10% gematigd door het college, wegens tijdverloop. Dit hield stand bij de rechtbank. In hoger beroep klagen een rechtspersoon (eigenaar van de woning) en een natuurlijk persoon (bestuurder van de rechtspersoon) dat de rechtbank ten onrechte zou hebben geoordeeld dat de boete is opgelegd aan de rechtspersoon. De Afdeling geeft klagers gelijk. De uitspraak is wellicht belangrijk, omdat daaruit afgeleid zou kunnen worden dat de Afdeling paal en perk stelt aan de vereenzelvigingstheorie.