Een minderjarige werd misbruikt door haar vader. Hieruit werd een kind geboren op wie die achtergrond een enorme impact had. Een instabiele situatie, een getraumatiseerde moeder: het leidde tot depressies, angst- en paniekaanvallen; drugsverslaving en dakloosheid. Hij vroeg - als slachtoffer van het misdrijf dat zijn opa jegens zijn moeder had gepleegd en waarvoor deze veroordeeld was - een uitkering van het Schadefonds Geweldsmisdrijven. Dat wees die aanvraag af, nu het misdrijf tegen de moeder was gericht. De rechtbank oordeelt dat de man wel degelijk zelf 'direct' slachtoffer is van het misdrijf dat zijn moeder is aangedaan en niet slechts 'indirect', als naaste. Een dergelijk oordeel kwam in het bestuursrecht niet eerder voor.