Strafbaarstelling van hulp bij illegaal verblijf vs. tewerkstellen van illegale vreemdelingen
Rechtbank Oost-Brabant stelde prejudiciële vragen over de verhouding tussen twee strafbaarstellingen die betrekking hebben op verdachten die profiteren van vreemdelingen die illegaal in Nederland zijn: de strafbaarstelling van het behulpzaam zijn van vreemdelingen om wederrechtelijk in Nederland te verblijven (hulp bij illegale binnenkomst of illegaal verblijf) versus strafbaarstelling van het tewerkstellen van illegale vreemdelingen. Kunnen verdachten die emplooi bieden aan illegale vreemdelingen tevens worden gestraft voor het helpen van diezelfde vreemdelingen bij het in Nederland verblijven?