Het recht op getuigen in artikel 6 EVRM (opnieuw) beschouwd

Het recht op getuigen in artikel 6 EVRM (opnieuw) beschouwd

Effectieve verwezenlijking van het in artikel 6 EVRM gegarandeerde recht op getuigen in strafzaken kan complex zijn, zo volgt uit belangrijke schendingen die in dit verband tegen Nederland zijn vastgesteld. Deze bijdrage gaat in op de door het EHRM (ook) bij dit recht gebruikte ‘algehele eerlijkheidstoetsing’, die door critici als hoofdoorzaak wordt aangewezen voor onduidelijkheid in het Straatsburgs getuigenregime. Betoogd wordt dat juist in de complexiteit van het algehele eerlijkheidsconcept een bepaalde ordening en daarmee handvatten te vinden zijn die benut kunnen worden voor meer geconcretiseerde en doeltreffende verwezenlijking van dit recht door de nationale rechter.