Kon een advocaat persoonlijk aansprakelijk worden gehouden nadat hij in hoger beroep de processtrategie niet goed afstemde met zijn cliënt en essentiële proceshandelingen achterwege liet? In deze zaak stond de vraag centraal of een exoneratieclausule de advocaat kon redden.

Familierechtadvocaten hebben last van de talrijke klachten die zij krijgen van tegenpartijen. Gepleit wordt voor een hoger griffierecht of hogere proceskostenvergoedingen, om het klagen enigszins te ontmoedigen.

Het onderhavige vonnis betreft een handelsnaaminbreuk en de ECLI-kwestie komt pas als laatste terzijde aan de orde, want het pleit kon gewoon worden beslecht. Maar toch. In de conclusie van antwoord heeft de advocaat blijkbaar verwezen naar (vermeende) uitspraken van de Hoge Raad, inclusief vermelding van ECLI-nummers. Echter: geen enkele van de aangehaalde arresten bleek betrekking te hebben op het handelsnaamrecht. Sommige ECLI's hoorden bij strafrechtelijke uitspraken, andere bestonden in het geheel niet. De advocaat in kwestie ontkende - maar er lijkt toch echt maar één conclusie: hallucinerende AI.

Drie advocaten van CMS, onder wie Katja van Kranenburg (Legal Woman of the Year 2024), hebben een tuchtrechtelijk veroordeling aan hun broek gekregen wegens beïnvloeding van een getuige. Van Kranenburg werd berispt; twee kantoorgenoten kregen een waarschuwing. De advocaten stellen beroep in.

Baliebulletin-redacteur Diederik Palstra verbleef enige tijd in London, de stad waar hij in het verleden is opgeleid tot barrister. Hij maakte een fotoverslag van een wandeling door legal Londen.